Vrouwen die pre-eclampsie hebben doorgemaakt krijgen het advies om op 50-jarige leeftijd een cardiovasculair risicoprofiel volgens de NHG-Standaard te laten maken. Dat staat in de nieuwe richtlijn 'Cardiovasculair risicomanagement na een reproductieve aandoening' van de Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie (NVOG). Deze richtlijn is opgesteld omdat vrouwen met pre-eclampsie in de voorgeschiedenis een toegenomen relatief risico van 2 tot 7 op hart- en vaatziekten hebben.
In de conceptversie van de richtlijn werd nog geadviseerd om bij vrouwen met een doorgemaakt pre-eclampsie om de 3 jaar een bloeddruk te meten. De NHG en de Nederlandse Internisten vereniging (NIV) waren echter van mening dat de adviezen beter moesten aansluiten bij de huidige CVRM richtlijn en dat de keus voor de termijn van drie jaar niet goed onderbouwd kon worden met evidence. Daarom is in de geautoriseerde richtlijn de aanbeveling gewijzigd naar een cvrm-consult op 50-jarige leeftijd.
Verder vermeld de richtlijn dat patiënten met een pre-eclampsie allereerst andoening gevolgd worden tot zij normotensief zijn zonder medicatie. Voor een goede organisatie van de latere follow-up wordt gynaecologen gevraag om de huisarts schriftelijk op de hoogte te brengen van de diagnose pre-eclampsie zodat deze de patiënten kunnen registreren met ICPC W81.02 voor toxicose/pre-eclampsie of W81.03 voor het HELLP-syndroom.
De richtlijnwerkgroep heeft gekeken naar de noodzaak voor adviezen voor meerdere reproductieve aandoeningen, omdat de verwachting was dat er bij meerdere aandoeningen sprake zou zijn van een verhoogd cardiovasculair risico. Maar bij zwangerschapshypertensie, PCOS, primair ovariële insufficiëntie, een zwangerschap met vroeggeboorte of een groeivertraagd kind was het extra risico op hart- en vaatziekten zo beperkt dat er geen specifieke maatregelen nodig zijn. Bij een herhaalde miskraam is er zelfs geheel geen sprake van een toegenomen risico. Wel beveelt de richtlijn aan om vrouwen met alle genoemde aandoeningen te counselen om zo een optimale cardiovasculaire gezondheid na te streven volgens de richtlijn cardiovasculair risicomanagement.
De Richtlijn Cardiovasculair risicomanagement na een reproductieve aandoening is opgesteld door de NVOG in samenwerking met het NHG, de Nederlandse Vereniging voor Cardiologie, NIV, Nederlandse Vereniging voor Neurologie en de Nederlandse Vereniging voor Radiologie.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten