Recent Zweeds onderzoek van Gyhagen et al. laat de prevalentie van urine-incontinentie en risicofactoren hiervoor zien bij vrouwen, 20 jaar na één vaginale partus of één sectio caesarea. De resultaten zijn onlangs gepubliceerd in BJOG. Geconcludeerd werd dat, ten opzichte van één sectio caesarea in de voorgeschiedenis, een vaginale partus het risico op urine-incontinentie met 67% verhoogd. Daarnaast was er een risicoverhoging van 275% dat deze klachten langer dan 10 jaar persisteerden. De belangrijkste boodschap die de onderzoekers willen meegeven is dat de maternale BMI één van de meest belangrijke risicofactoren is.
De motivatie om dit onderzoek uit te voeren is terug te leiden naar de onduidelijkheid die volgens de onderzoekers bestaat rondom de gevolgen van de modus partus met betrekking tot urine-incontinentie op lange termijn (>20 jaar). Om dit te analyseren werden vrouwen (n=5236) geincludeerd die enkel één vaginale partus of één sectio caesarea in de voorgeschiedenis hadden tussen 1985 en 1988. Data werd verkregen uit het geboorteregister van Zweden en middels vragenlijsten ingevuld door de vrouwen zelf.
Analyse toonde na één vaginale partus een risicostijging van 67-71% (40.3 versus 28.8%; OR 1.67; 95% CI 1.45–1.92) op het ontwikkelen van urine-incontinentie en een stijging van 275% (10.1 versus 3.9%; OR 2.75; 95% CI 2.02–3.75) op het persisteren hiervan gedurende 10 jaar of langer. Het maternale gewicht werd hierbij als belangrijke risicofactor gezien omdat dit bij zowel de vaginale partus als bij de sectio caesarea het risico op urine-incontinentie verhoogde met 8% per BMI-punt. Bij de vaginale partus verhoogde maternale leeftijd en een groter geboortegewicht van het kind ook het risico op het ontwikkelen van dergelijke klachten.
Bron: BJOG
Geen opmerkingen:
Een reactie posten