maandag 26 maart 2012

Fertiliteitspreservatie niet populair bij kanker

Uit onderzoek van de University of California in San Fransisco (UCSF) blijkt dat maar weinig vrouwen gebruik maken van fertiliteitspreservatie wanneer blijkt dat hun vruchtbaarheid wordt aangetast door de behandeling voor kanker. Slechts 4% van de vrouwen koos vóór fertiliteitspreservatiebehandeling na counseling door een behandelend arts of fertiliteitsspecialist. Wel wordt er een trend gezien waarbij dit aantal vrouwen stijgt.

Onderzoeksleider Mitchel Rosen selecteerde at random 1041 vrouwen tussen 18 en 44 jaar oud uit de California Cancer Registry. Bij deze vrouwe was tussen 1993 en 2007 kanker gediagnosticeerd (leukemie, ziekte van Hodgkin, Non-Hodgkin lymfoom, borstkanker of gastrointestinale kanker). Uit deze groep kregen 918 vrouwen een behandeling die mogelijk een negatief effect had op de vruchtbaarheid.

Waar 61 procent van de vrouwen counseling kreeg over de risico’s van de kankerbehandeling op de vruchtbaarheid door het behandelend oncologisch team, kreeg slechts vijf procent dit van een fertiliteitsspecialist. Uiteindelijk koos slechts 4 procent voor een fertiliteitspreservatiebehandeling. Dit percentage nam wel toe in de loop van de jaren wel enigszins van 1 procent in 1993 naar procent in 2005 en uiteindelijk 10 procent in 2007.

Vooral vrouwen van het Kaukasische ras, die jonger waren, nog geen kinderen hadden, heteroseksueel waren en een hogere opleiding hadden genoten, waren geïnformeerd over de impact van de kanker op de vruchtbaarheid, en besloten tot fertiliteitspreservatie. Ondanks dat weliswaar steeds meer vrouwen informatie over de vruchtbaarheidsrisico’s van de behandeling krijgen, zijn er nog steeds veel vrouwen die onvoldoende geïnformeerd worden over de mogelijkheden die er zijn om toch nog kinderen te krijgen, aldus Rosen. Hij pleit daarom voor routinematig invoeren van counseling door een vruchtbaarheidsexpert.

Bron: Mednet.nl
Pubmed link: hier


Geen opmerkingen:

Een reactie posten